Oplossingen Diensten Contact

  

 

            Zoeken  Contact 

 Navigatie
 
 Evenementen

Binnenkort volgt een nieuwe planning.

Archief evenementen...

    

Antwoorden op Open Source kamervragen

Aan

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

2513 AA ’s-GRAVENHAGE

 

Datum

2 februari 2004

 

Onderwerp

Beantwoording vragen van het lid Vendrik, kenmerk 2030405160

 

Behandeld door

J.W. Stumpel

 

Bezuidenhoutseweg 30

Postbus 20101

2500 EC 's-Gravenhage

 

Hierbij zend ik u, mede namens de Minister van BZK, de antwoorden op de vragen, gesteld door het lid Vendrik, die mij werden toegestuurd op 22 december 2003 onder nummer 2030405160.

 

1. Is in het kader van het bevorderen van innovatie en ondernemerschap gekeken naar de wijze van aanbesteden door de overheid en in hoeverre zich hierbij specifieke problemen voordoen voor jonge en kleine ondernemingen in het algemeen? Zo ja, wat waren de uitkomsten hiervan? Zo neen, lijkt het u zinvol hiernaar alsnog onderzoek te doen?

Volgens de bestaande aanbestedingsrichtlijnen mogen er geen hogere eisen t.a.v. economische en financiële draagkracht aan leveranciers gesteld worden ‘dan gezien de inhoud van de opdracht verantwoord is’1. Het stellen van buitensporige eisen (die jonge en kleine ondernemingen op een achterstand zouden zetten) is dus niet toegestaan.

Dit is dus de letter en de intentie van de wet; ik wil echter niet uitsluiten dat het in de praktijk voor jonge en kleine ondernemingen verhoudingsgewijs moeilijk kan zijn om overheidsopdrachten te verwerven. Ik ben van plan de Kamer binnenkort een brief te zenden met een visie op een nieuw beleid voor overheidsopdrachten, met de contouren van een nieuw juridisch kader. Het belang van het vermijden van disproportionele eisen bij overheidsaanbestedingen zal daarbij nogmaals worden benadrukt, juist in het belang van jonge en kleine ondernemingen.

1 Richtlijn Leveringen, art 23.3.

 

2 Is in het kader van het POSSOS gekeken naar de wijze van aanbesteden door deoverheid en in hoeverre zich hierbij specifieke problemen voordoen voor bedrijven die open source software aanbieden? Zo ja, wat waren de uitkomsten hiervan? Zo neen, lijkt het u zinvol hiernaar alsnog onderzoek te doen?

Zulk onderzoek heeft niet plaatsgevonden. Wel zal het programma OSOSS dit jaar voor aanbesteders binnen de overheid een handleiding opstellen over hoe in

aanbestedingstrajecten gelijke kansen kunnen worden geboden aan leveranciers van open en gesloten software. De nulversie van deze handleiding zal voor commentaar worden

aangeboden aan de markt.

 

3. Werpen de eisen op het gebied van financiële en economische draagkracht en de technische bekwaamheid waarbij omzetgegevens worden gevraagd, specifieke problemen

op voor aanbieders van open source software?

De aanbestedingsregels werpen in zijn algemeenheid geen specifieke problemen voor OSS-aanbieders op. Voor zover die aanbieders startende of kleine bedrijven zijn, bestaat

de kans dat deze niet aan de gestelde financiele en economische en aan de technisch organisatorische eisen van de aanbesteder kunnen voldoen. Met betrekking tot het laatste

verwijs ik naar mijn antwoord op vraag 1. Voor de toepassing van OSS door de overheid is het overigens van belang dat zowel de grote als de kleine ICT-aanbieders OSS kunnen

aanbieden.

 

4. In hoeverre vormen de eisen die aan ondernemingen gesteld worden (minimaal 5 jaarbestaan, liquiditeit, jaarverslagen en dergelijke) gezien de ontwikkeling van dienstverleners (het betreft hier door de aard van het fenomeen vaak jonge ondernemingen) die zich specialiseren in open source software een (onnodige) hindernis op?

Zie het antwoord op vraag 1.

 

5. In hoeverre kunnen deze aanbieders zich aansluiten bij een grote bestaande ICT dienstverlener? Kunt u daarbij ingaan op het feit dat de desbetreffende leveranciers langdurige partnerovereenkomsten hebben met bestaande productleveranciers en daarom mogelijk terughoudend zijn in het invoeren van alternatieve oplossingen?

Voor zover mij bekend zijn veel leveranciers onafhankelijk en hebben geen verplichte partnerovereenkomsten. Met name systeem-integrators die maatwerk leveren op bestaande producten maakt het niet veel uit of zij dit doen voor ‘gesloten’ of ‘open source’ producten, zolang ze hun uren maar kunnen verkopen. Veel belangrijker is de vraag of de opdracht-gevende overheid open-source oplossingen toestaat of prefereert.

Zoals bekend is het programma OSOSS bedoeld om het bewustzijn t.a.v. open source oplossingen binnen de aanbestedende overheid te vergroten. Met de in het antwoord op vraag 2 genoemde Handleiding wordt beoogd dat ‘open’ oplossingen betere kansen krijgen bij overheidsaanbestedingen.

 

6. Welke voordelen heeft dit aangaan van partnerschappen voor de overheid als klant en in hoeverre rechtvaardigt dit het feit dat een extra partij marge maakt en daardoor de kosten verder verhoogt? Hoe hoog zijn in de regel de marges die grotere partijen rekenen om het kleinere partijen mogelijk te maken diensten en producten te leveren aan de overheid?

In principe neemt bij dit soort partnerschappen de hoofd-aannemer een stukje projectmanagement op zich, nl. het zoeken van de onderaannemer. Dat hoeft de overheid (als opdrachtgever) dan zelf niet te doen. Hoe hoog de marges zijn die de hoofdaannemer op een sub-opdracht verdient weet ik niet; dit zal van geval tot geval verschillen. Er is

echter geen reden aan te nemen dat ze abnormaal hoog zijn. Er zijn bij aanbestedingen immers altijd meerdere kandidaten; wie te hoge marges rekent maakt niet veel kans de

aanbesteding te winnen.

 

7. Welke mogelijkheden bestaan er om bij de aanbesteding door de Nederlandse overheid binnen de bestaande wettelijke kaders meer rekening te houden met de specifieke

kenmerken van leveranciers van open source software om zo een meer ‘level playing field’ tot stand te brengen?

We moeten onderscheid maken tussen enerzijds eisen die worden gesteld aan de leverancier (bv. omzet) en anderzijds eisen die worden gesteld aan de oplossing zelf

(open source of niet).

Wat het laatste betreft: in aanbestedingen kan uitdrukkelijk worden verwezen naar open source en/of open standaarden, en deze kunnen zelfs als voorwaarde worden gesteld. Een

voorbeeld is de recente aanbesteding door OCW van een ‘content- en dienstenplatform’.

Binnen de wettelijke kaders is dit mogelijk, zolang er concurrentie mogelijk blijft (eisen mogen niet toegesneden zijn op producten van één bedrijf).

Voor wat betreft de eisen te stellen aan leveranciers, en het belang van het vermijden van ‘disproportionele’ eisen ter zake: zie het antwoord op vraag 1.

 

8. Welke mogelijkheden bestaan er om bij de aanbesteding door de Nederlandse overheid binnen de bestaande wettelijke kaders meer rekening te houden met de specifieke

kenmerken van jonge en kleine ondernemers om zo innovatie en ondernemerschap te bevorderen?

Zie het antwoord op vraag 1.

 

mr. L.J. Brinkhorst

Minister van Economische Zaken

 

Download deze brief hier in pdf formaat.

 

Zie ook de reacties van de pers.

 

Planet nieuws 2 februari 2004.


Copyright © 2002-2024 OpenSesame ICT. All Rights Reserved. Disclaimer.
[[[onestat:]]]